Sônia Guajajara is de eerste Minister voor Inheemse Volkeren van Brazilië, na een leven van inheems activisme. In haar nieuwe functie zet Guajajara haar strijd voort voor het erkennen en beschermen van inheems land. Door ontbossing, onteigening of uitzetting van inheemse volken wordt het leefgebied van inheemse volken steeds kleiner, onder andere in het Amazonegebied. Ook klimaatverandering vormt een bedreiging voor de leefgebieden van inheemse volken: bossen zijn cruciaal voor de opslag van CO2. Daarom trekt Guajajara ook ten strijde tegen klimaatverandering. Milieubeleid gaat daarbij hand in hand met de strijd voor rechten van inheemse volken.

Meer over Sônia Guajajara

Sônia Guajajara behoort tot de Tenetehara-Guajajara, een inheemse bevolking gevestigd in Maranhāo in het noordoosten van Brazilië. In 2018 was ze de eerste inheemse vrouw die op de presidentiele kieslijst kwam te staan als vicepresidentskandidaat van de Partido Socialismo e Liberdade (Partij van Socialisme en Vrijheid). Echter, deze verkiezing werd gewonnen door Jair Bolsonaro. Sônia Guajajara leidde gedurende de daaropvolgende vier jaar het verzet tegen de regering van Bolsonaro, die probeerde onteigening en ontbossing te versnellen. In 2022 werd ze onder de nieuwe President Lula da Silva benoemd tot de eerste Minister van Inheemse Volkeren van Brazilië.

De inheemse volkeren van Brazilië worden al ruim 500 jaar geconfronteerd met verschillende onderdrukkers. Door de eeuwen heen zijn ze onderworpen aan slavernij, dodelijke ziektes meegebracht door de Europese kolonisten, moordpartijen, vervolging, en gedwongen bekering. Verspreid over Brazilië leven er inheemse volkeren in verschillende mate van isolatie. Illegale ontbossing, stroperij, mijnbouw en landbouw vormen een bedreiging voor deze mensen. Sônia zet zich in voor de vrijheid en bescherming van deze mensen. Verschillende inheemse Brazilianen, waaronder personen die tot het Guajajara volk behoorden, zijn vermoord om illegale onteigening mogelijk te maken. Satellietbeelden laten zien hoe de inheemse gebieden vaak een laatste nederzetting van overgebleven groen zijn in een zee van ontbossing.